FAQ Werking van het oog
FAQ: Werking van het oog
Hoe werkt het oog?
De harde oogrok (sclera)
De harde oogrok of sclera vormt de buitenkant van de oogbol en geeft het oog zijn stevigheid. De sclera heeft een witte kleur, maar is aan de voorkant voor een deel doorzichtig. Dit transparante gedeelte noemen we het hoornvlies of cornea
Het vaatvlies (chorioidea)
Aan de binnenkant van de harde oogrok ligt het vaatvlies of chorioidea. Het vaatvlies bestaat uit een dicht netwerk van bloedvaten. Dit verzorgt de voeding van de staafjes en de kegeltjes. Het vaatvlies gaat aan de voorkant van het oog over in de iris (regenboogvlies). Tegen de binnenkant van het vaatvlies ligt het netvlies
Het netvlies (retina)
De speciale cellen waaruit het netvlies of retina bestaat, noemen we fotoreceptoren. Deze cellen kunnen beelden omzetten in elektrische signalen, die vervolgens naar onze hersenen worden verzonden. Op het netvlies vinden we twee soorten fotoreceptoren: kegeltjes en staafjes. Met de kegeltjes (zo'n 6 miljoen per oog) kunnen we bij daglicht en goede kunstverlichting zien. De kegeltjes stellen ons in staat details en kleuren te onderscheiden. De staafjes verstrekken informatie uit de perifere blikvelden. Deze informatie is minder gedetailleerd en zonder kleuren. Daarom kijken we in het donker met de staafjes.
De gele vlek (macula lutea)
De gele vlek of macula lutea is een gebiedje op het netvlies waar de kegeltjes heel dicht op elkaar geplaatst liggen. Met dit deel van het netvlies zien we de hele fijne details. Hoe goed en hoe scherp iemand hiermee ziet, wordt uitgedrukt in gezichtsscherpte.
De optische zenuw (nervus opticus)
De optische zenuw of nervus opticus vormt de verbinding tussen het oog en de hersenen. Via de optische zenuw worden de elektrische impulsen van het netvlies naar onze hersenen gezonden. Daar worden de impulsen vertaald naar beeldinterpretaties.
Het glasachtig lichaam (corpus vitreum)
De grote ruimte tussen de ooglens en het netvlies is gevuld met glasvocht of corpus vitreum. Deze geleiachtige massa wordt omgeven door een dun vlies. Het glasvocht bevat geen bloedvaten. Wel bevat het dunne vezels die zorgen voor elasticiteit en stevigheid. Door naar een strak blauwe lucht of een wit plafond te kijken, kunt u deze vezels soms in uw oog zien. Dit verschijnsel noemt men mouches volantes (vliegende muggen). Naarmate we ouder worden neemt de elasticiteit van de elastische vezels in het glasvocht af. Rond het 60ste jaar kan het glasvocht zich zelfs iets verdichten, waardoor het gedeeltelijk los komt te liggen van het netvlies.
De ooglens (lens cristalina)
De ooglens of lens cristalina zorgt voor het fijn scherpstellen van het oog. De lens heeft een sterkte van ongeveer 20 dioptrieën. De ooglens kan van sterkte veranderen door boller te worden. Zo kunnen we het oog scherpstellen en van dichtbij tot veraf scherp zien. Dit bijstellen van de ooglens wordt accommoderen genoemd.
De pupil en de iris (regenboogvlies)
Van buitenaf is de pupil een rond zwart gaatje in de iris of het regenboogvlies. Wij kijken als het ware door de pupil naar buiten. In fel licht verkleint de pupil, in het donker wordt deze weer groter. Zo wordt de hoeveelheid licht die het oog binnenkomt geregeld. De iris bepaalt de kleur van de ogen. Iemand met veel pigment in de ogen heeft bruine ogen. Bij weinig pigment heeft men blauwe of grijze ogen. Deze laatste groep is vaak gevoeliger voor zonlicht.
De voorste en de achterste oogkamer
De ruimte tussen het hoornvlies en de iris noemen we de voorste oogkamer. Deze ruimte is gevuld met een heldere vloeistof, het oogvocht of kamerwater. De achterste oogkamer is de ruimte tussen de iris en de ooglens. Het kamerwater wordt gemaakt door het straallichaam (corpus cilaire). Dit ligt in de achterste oogkamer en stroomt langs de ooglens door de pupil naar de voorste oogkamer. In de hoek van de voorste oogkamer, de kamerhoek, zitten vele kleine openingen in de harde oogrok. Via dit zogenaamde trabekelsysteem wordt het kamerwater afgevoerd naar de bloedbaan. Zuurstof, maar ook diverse voedingsstoffen worden via het kamerwater aangevoerd. De oogdruk wordt bepaald door het evenwicht tussen de aanmaak en de afvoer van het kamerwater.
Het hoornvlies (cornea)
Het hoornvlies of cornea bevindt zich aan de voorkant van het oog. Dit is het doorzichtige deel van de harde oogrok of sclera, die rond de gehele oogbol ligt. Het hoornvlies heeft een sterke brekende werking, zelfs sterker dan de eigenlijke ooglens. De brekingssterkte van een lens wordt uitgedrukt in dioptrieën. Hoe groter het aantal dioptrieën, hoe sterker de lens. De brekingssterkte van het hoornvlies ligt tussen de 40 en 45 dioptrieën.
De brekende werking van het oog
Het oog is een ingenieus optisch instrument. Het bestaat uit diverse onderdelen, zoals het hoornvlies, de ooglens en het netvlies. Evenwijdige lichtstralen van voorwerpen die uit de verte komen, worden in het oog door het hoornvlies en de ooglens naar elkaar toe gebroken. Indien het oog geen bril of contactlenzen nodig heeft, ligt het brandpunt precies op het netvlies. Het netvlies stuurt deze informatie via de oogzenuw door naar de hersenen. Daar wordt de informatie 'vertaald' naar begrijpelijke beelden. Er zijn echter drie verschillende brekingsafwijkingen van het oog waardoor veel mensen niet scherp zien: bijziendheid, verziendheid en cilindrische afwijking.
BRON: Essilor
UV bescherming voor uw ogen
De andere kant van de zon
Het is al lang bekend dat we huidproblemen kunnen krijgen als we ons onbeschermd aan veel zon blootstellen. Niet iedereen weet echter dat Ultra Violet licht ook uw ogen kan beschadigen. Zonneschijn wordt over het algemeen gezien als weldadig, vrijwel iedereen geniet ervan. Onder invloed van het UV-licht, zo'n 2% van alle zonnestralen, krijgen we in de zon een "gezond" zomers tintje. Toch moeten we bedacht zijn op de minder prettige kant van dat UV-licht!
De effecten van UV-straling
Het meeste UV-licht dat onze ogen bereikt wordt geabsorbeerd door het hoornvlies en de ooglens. Wordt het oog echter blootgesteld aan een 'overdosis' UV-licht, dan kan dit tot problemen leiden en schadelijk zijn voor het oog. Tijdens de wintersport kan een slechte bescherming zelfs leiden tot sneeuwblindheid. Door de weerspiegeling op het water kan het oog tijdens het intensief beoefenen van watersport geïrriteerd raken. De ogen worden rood en de oogleden zwellen op. Normaal gesproken verdwijnt dit ongemak na een dag of drie.
Schaduwzijde
Zonder een goede zonnebril heeft UV-licht vrij spel, ook al merkt u dat zelf niet direct. Toch heeft ook een zonnebril nog een schaduwzijde. Als u een zonnebril draagt met donkere glazen worden de pupillen groter dan normaal. Hierdoor dringt er meer schadelijk UV-licht het oog binnen. Zonder bril wordt de pupil juist kleiner om de hoeveelheid licht die het oog binnenkomt te temperen. Kies daarom altijd voor een kwaliteitszonnebril.
Bescherming tegen UV
Kwaliteitszonnebrillen zijn verkrijgbaar met verschillende beschermingskwalificaties. De kleur van de glazen heeft weinig tot geen invloed op de mate van bescherming. Zonneglazen moeten binnen de Europese wetgeving UV-licht tot 380nm wegfilteren. Voor veel water- en wintersporters is een extra UV400 bescherming géén overbodige luxe!
Materiaal
Het materiaal waar de glazen van gemaakt zijn, beïnvloedt de beschermingsfactor. Zo is een kunststof brillenglas veiliger dan glas. Moderne dunne en lichte kunststof brillenglazen hebben zelfs standaard een volledig onzichtbare UV-filter. Wel zo veilig tegen dat niet zo onschuldige zonlicht.
Kies voor kunststof!
Op latere leeftijd kan de ooglens vertroebelen, mede onder invloed van UV-licht. Het netvlies kan door intensieve straling schade oplopen, vooral in landen rond de evenaar. Het is dan ook raadzaam om problemen op latere leeftijd te voorkomen door te kiezen voor kunststof brillenglazen.
Tip!
Bepaalde geneesmiddelen kunnen overgevoeligheid van het oog voor UV - straling veroorzaken.
UV en zonneglazen
UV-straling beschadigt onbeschermde ogen
Ogen zijn erg gevoelig voor ultraviolette straling van de zon. Een hoge UV-straling put de ogen uit en kan zelfs weefsels permanent beschadigen. Zo kan onbeschermde blootstelling aan UV-straling niet alleen branderige, tranende ogen en hoofdpijn veroorzaken, maar ook een ontsteking van het hoornvlies, zonnebrand van de oogleden en een vervroegde vertroebeling van de ooglens. Een goede zonnebril met UV-filter geeft hiertegen bescherming. Wij hebben zonneglazen op sterkte en in diverse uitvoeringen verkrijgbaar.
Een onbeschermde blootstelling aan zeer hoge UV-straling maakt het oog kwetsbaar, omdat ogen net als de huid op lichtagressie reageren. Door het zonlicht vernieuwen oogcellen zich constant, maar de herstelcapaciteit van ogen is echter beperkt. Het gevolg is dat de UV-straling de kwetsbare ogen permanent kunnen beschadigen. Zo kan zonnebrand van de oogleden op de lange termijn zelfs huidkanker veroorzaken. De slijmvliezen die de binnenkant van de oogleden en het oogwit bekleden zijn gevoelig voor ontstekingen. Het hoornvlies, kan al na één tot twee uur onbeschermde blootstelling aan de zon gaan zweren (Keratitis). De UV-straling kan het oog dermate aantasten, dat vertroebeling van de lens (Cataract) vijf tot tien jaar vroeger dan gemiddeld optreedt. Zelfs de toename van het aantal gevallen van leeftijdsgebonden maculaire degeneratie, de voornaamste oorzaak van (gedeeltelijke) blindheid boven de vijftig jaar, wordt wellicht bevorderd door de alsmaar sterkere wordende UV-straling.
Kracht van UV
De kracht van de UV-straling wordt door een aantal factoren bepaald. Zo is in de zomer de hoeveelheid licht veel groter en staat de zon midden op de dag loodrecht boven het aardoppervlak. Hoogte is bepalend: in de bergen wordt minder UV uit het licht gefilterd dan op zeeniveau. De kracht van UV-straling is sterker als het licht wordt weerkaatst door sneeuw, water of zand. Beoefenaars van winter- en zomersporten, zoals skiën, zeilen en strandsporten moeten hun ogen dus goed beschermen. Tijdens de wintersport kan een slechte bescherming namelijk leiden tot sneeuwblindheid en door de weerspiegeling op het water kunnen ogen geïrriteerd raken. Autorijders ondervinden doorgaans ook last van het zonlicht. Met name de laagstaande zon in het voor- en najaar en de schittering weerkaatst vanaf een nat wegdek, het dashboard of andere auto’s wordt als hinderlijk ervaren.
UV-filter
Er bestaan specifieke zonneglazen voor alle situaties waarbij zonlicht een rol speelt. De zonneglazen zijn op sterkte, unifocaal, bifocaal en multifocaal, en in diverse uitvoeringen en kleuren verkrijgbaar. De kwaliteit van het zonneglas hangt sterk af van de werking van de aanwezige UV-filters. Zonneglazen moeten namelijk binnen de Europese wetgeving UV-licht tot 380nm wegfilteren.
Contactlenzen
Ook mensen die contactlenzen dragen worden geadviseerd een zonnebril te dragen. De meeste contactlenzen beschikken over een UV-filter, die het hoornvlies, de lens en het netvlies tegen zonnestralen beschermen. De contactlenzen beschermen echter niet de oogleden, met gevaar voor bindvliesontsteking tot gevolg. Bij hoge lichtsterkte of in de bergen is het dus raadzaam een zonnebril te dragen.
BRON: Essilor